Bij de begeleiding van jongeren komt de vraag vaak voor. Van
de jongere aan mij, of soms in mijn eigen hoofd. Sociale contacten opbouwen,
meer bewegen, prettig in mijn vel zitten; hoe doe ik dat? Uitleg geven, een
rollenspel, zelf een vraag stellen en af en toe het antwoord geven. De
begeleiding is zoveel mogelijk aansluiten bij de vraag van de jongere. Soms is
de vraag van de jongere er niet, wel vanuit zijn of haar omgeving. Naar de
uitleg wordt niet geluisterd, het rollenspel kan ik wel vergeten, de vraag
wordt genegeerd en het antwoord niet gehoord. Wat wil de jongere wel? En, hoe
doe ik dat? Aansluiten bij waar de jongere op dat moment staat. Een aansluiting
dichtbij het sukkelige/saaie/stomme ‘iets’ wat die omgeving dus als een
probleem ziet. En dat heb ik al zo vaak gehoord en daar moeten wij nu dus iets
mee, maar daar wil ik met jou niks mee. Wat ik wel wil? Mijn telefoon en een
luie stoel. Op die telefoon gebeurt HET.
Opeens heb ik het, de google play-store, zit ook op die telefoon. In die google play-store daar zit al dat sukkelige/saaie/stomme ‘iets’ verpakt in apps, hoe om te gaan met ….. Daar zitten we, de telefoon als aansluiting, de apps als brug en het ‘iets’ komt steeds dichter bij, maar wel leuk verpakt!
Opeens heb ik het, de google play-store, zit ook op die telefoon. In die google play-store daar zit al dat sukkelige/saaie/stomme ‘iets’ verpakt in apps, hoe om te gaan met ….. Daar zitten we, de telefoon als aansluiting, de apps als brug en het ‘iets’ komt steeds dichter bij, maar wel leuk verpakt!